hits counter

Passend onderwijs: uitstroombestemming in het ontwikkelingsperspectief moet goed onderbouwd zijn

Onlangs stond ik een cliënt bij in een verzoekschriftprocedure voor de Geschillencommissie Passend Onderwijs (GPO). In de procedure ging het om een hoogbegaafde leerling waarvoor een ontwikkelingsperspectief werd opgesteld. Voor de hoogbegaafde leerling werd uitstroombestemming vmbo-t in het ontwikkelingsperspectief opgenomen. Met deze uitstroombestemming was mijn client het niet eens. Het vastgestelde uitstroomprofiel sloot geenszins aan bij de cognitieve capaciteiten van deze leerling. Het verzoekschrift werd door de GPO gegrond verklaard.

De GPO vat de zaak als volgt samen:
 Situatie 

Voor een hoogbegaafde leerling stelt een school een ontwikkelingsperspectief op. De moeder van de leerling meent dat er geen ontwikkelingsperspectief nodig is omdat de school, die voltijds hoogbegaafdenonderwijs aanbiedt, de ondersteuning zelf zou moeten kunnen bieden. Daarnaast vindt zij de uitstroombestemming vmbo-t te laag en kan zij zich niet vinden in het handelingsdeel van het ontwikkelingsperspectief. 

Advies van de Commissie
Het verzoek is gegrond. 

Toelichting
De school moet een ontwikkelingsperspectief opstellen omdat de leerling extra ondersteuning nodig heeft. De uitstroombestemming vmbo-t is opgenomen vanwege het huidig didactisch niveau van de leerling, dat beneden de verwachting is. De verwachting is dat de leerling vanwege haar cognitieve capaciteiten en met extra ondersteuning op een hoger niveau zou kunnen uitstromen. In dat soort situaties moet de uitstroombestemming goed onderbouwd zijn. Of worden aangepast in een hogere uitstroombestemming passend bij de verwachting dat de leerling met inzet van de extra ondersteuning hoger uitstroomt. In dit geval ontbreekt een onderbouwing met bevorderende en belemmerende factoren. De uitstroombestemming is onvoldoende verenigbaar met door de school toegelichte bevorderende en belemmerende factoren.  

De volledige uitspraak vindt u hier