hits counter

Regulier onderwijs impliceert handicap van cognitief hoogbegaafde leerlinge. Casus ‘wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte’ bij College voor de Rechten van de Mens

Omdat het Nederlandse onderwijssysteem slecht aansluit op de behoeften van (uitzonderlijk) hoogbegaafde leerlingen, vormt hoogbegaafdheid een handicap in de context van het systeem. Daarom is Terpstra Legal voor ouders die deze discriminatie hebben meegemaakt naar het College van de Rechten van de Mens gestapt. Op grond van de gelijke behandelingswetgeving mogen onderwijsinstellingen leerlingen met een handicap niet discrimineren. Helaas gebeurt dit wel. Dit verbod omvat niet alleen directe discriminatie maar ook het niet bieden van doeltreffende aanpassingen.

Omdat niet alle stukken van de zaak openbaar gedeeld kunnen worden, hebben em. prof. Ton Mooij en mr. Fleur Terpstra een artikel geschreven over de zaak. Dit artikel kunt u hier downloaden.

Samenvatting:

Een casus van een cognitief hoogbegaafde leerlinge illustreert sociaal-emotionele, cognitieve, somatische en gedragsproblemen in een reguliere basisschool. Haar recht op ononderbroken ontwikkelingsprocessen wordt niet gerealiseerd. De niet eerder beantwoorde onderzoeksvraag luidt: hoe wordt juridisch en onderwijswetenschappelijk bewezen dat cognitieve hoogbegaafdheid in regulier onderwijs een ‘handicap’ is? Juridisch zijn relevant: wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte; Verdrag inzake rechten van personen met een handicap; eerste protocol Europees Verdrag Rechten van de Mens; Wet Primair Onderwijs; Internationaal Verdrag Rechten van het Kind; jurisprudentie van het College voor Rechten van de Mens (CvdRM). Onderwijswetenschappelijk gezien blokkeert het leerstofjaar-systeem de continue leerlingontwikkeling. Met deze bewijsvoering hebben ouders ten aanzien van school én samenwerkingsverband een oordeel gevraagd van het CvdRM.

Download het artikel: